Kort voor het einde van het jaar, op 24 december 2020, zijn de tegemoetkomingen voor herstelplannen per einde 2020 gepubliceerd in de Staatscourant. Die tegemoetkomingen komen overeen met de tegemoetkomingen van een jaar eerder. Opnieuw beroept de minister zich daarbij op bijzondere economische omstandigheden als grond om de kortingsregels van het financieel toetsingskader te verzachten.
Voor herstelplannen mag de looptijd vanwege deze tegemoetkomingen net als vorig jaar worden verlengd naar twaalf jaar mits de dekkingsgraad per einde 2020 ten minste 90% is. Is de dekkingsgraad lager dan dat, dan kan door middel van een onvoorwaardelijke (al dan niet gespreide) korting tot dat niveau alsnog aan die voorwaarde worden voldaan. In veel gevallen zal dat laatste niet aantrekkelijk zijn, omdat de door te voeren onvoorwaardelijke korting al snel groter zal zijn dan de herstelplankorting die erdoor wordt voorkomen of beperkt. Dat omdat een tekort ten opzichte van de kritieke dekkingsgraad in het herstelplan gespreid over de looptijd van het herstelplan mag worden gecompenseerd door een reeks kortingsmaatregelen, waarvan alleen het eerste jaar onvoorwaardelijk hoeft te worden doorgevoerd.
Voor fondsen die per einde 2020 voor het zesde óf (door de tegemoetkoming van vorig jaar) zevende achtereenvolgende meetmoment een beleidsdekkingsgraad lager dan de minimaal vereiste dekkingsgraad hebben geldt dat zij alleen een korting door hoeven te voeren als hun dekkingsgraad lager is dan 90%. Een door te voeren korting tot ten minste dat niveau moet onvoorwaardelijk worden doorgevoerd en mag worden gespreid, waarbij het eerste deel van de korting in 2021 in de rechten en aanspraken moet zijn verwerkt. Het volgende jaareinde wordt, als het fonds gebruik maakt van deze tegemoetkoming, opnieuw behandeld als het zesde meetmoment.
Per dat volgende jaareinde, dat wil zeggen per einde 2021, zal volgens de voorstellen die in december ter consultatie zijn voorgelegd het transitie-FTK van toepassing zijn. Fondsen die daarvoor kiezen (hetgeen wil zeggen dat zij verwachten hun rechten en aanspraken in te zullen varen naar het nieuwe pensioenstelsel) zullen in het eerste overbruggingsplan in de regel alleen hoeven te korten als en voor zover hun dekkingsgraad lager is dan 90%. Voor fondsen die het transitie-FTK niet toepassen is het goed denkbaar dat het financieel toetsingskader zonder verdere tegemoetkomingen van toepassing zal zijn.
Voor meer informatie kunt u contact opnemen met Wichert Hoekert.
