Als gevolg van de IORP2-wetgeving dient ieder pensioenfonds en iedere premiepensioeninstelling vanaf 13 januari 2019 tenminste éénmaal in de drie jaar een eigenrisicobeoordeling uit te voeren en de resultaten daarvan te delen met DNB. Op 31 maart 2022 heeft DNB een eerste algemene terugkoppeling op de ontvangen ERB’s gegeven. DNB is van mening dat de sector een goede start heeft gemaakt. Tegelijk zijn er nog mogelijkheden tot verbetering. Onderstaand bespreken we de zeven door DNB geconstateerde verbeterpunten.
01
Het eerste verbeterpunt betreft het verbeteren van de zelfstandige leesbaarheid van de ERB. Dit was vooraf al als belangrijk aandachtspunt meegegeven, maar blijkbaar wordt nog te vaak uitsluitend verwezen naar aan de ERB ten grondslag liggende documenten zonder de meest relevante onderdelen uit deze documenten ook (kort) terug te laten komen in de ERB-uitwerking.
02
Het tweede verbeterpunt is het benoemen van triggers voor een tussentijdse ERB, terwijl het derde verbeterpunt gaat om het vastleggen van rollen in het besluitvormingsproces van de ERB en het betrekken van interne organen. Hoewel beide van belang, zijn deze zaken noch in wet- en regelgeving noch in eerdere uitingen van DNB als verplichte onderdelen van de tekst van een ERB aangemerkt. Wij zijn van mening dat dit soort zaken vastgelegd dienen te zijn in het beleid van een pensioenfonds (bij voorkeur als onderdeel van het IRM beleid of in de abtn). Voor wat betreft het benoemen van de triggers is dit overigens ook eerder zo beschreven in een Q&A van DNB inzake beleidsmatige verankering van de ERB. Naar dit beleid kan (en eigenlijk moet) dan verwezen worden in de ERB.
03
Inzake het derde verbeterpunt – het betrekken van interne organen – merken wij nog op dat het de vraag is wat de rol zou moeten zijn van de verschillende organen. Het is bijvoorbeeld wettelijk niet verplicht om een Raad van Toezicht betrokken te laten zijn bij de totstandkoming van een ERB. Wij zien mogelijke toegevoegde waarde in een tijdige informele betrokkenheid van een Raad van Toezicht maar het is de vraag of een formele rol wel past in het proces. Ook het nut en de noodzaak van een formele betrokkenheid van de actuarieel sleutelfunctiehouder is naar onze mening niet vanzelfsprekend.
04
Het vierde verbeterpunt gaat over het opnemen van een separaat oordeel van de sleutelfunctiehouder(s). In het verlengde van de vraag over de betrokkenheid van de actuarieel sleutelfunctiehouder is het ook de vraag in hoeverre een separaat oordeel van de drie sleutelfunctiehouders in een ERB in alle gevallen van toegevoegde waarde is.
Gezien de rol van de sleutelfunctie risicobeheer (die betreft juist de risico’s van het fonds) is diens betrokkenheid bij het uitvoeren van een ERB in onze optiek noodzakelijk. Een separaat oordeel voegt dan mogelijk vooral wat toe wanneer de rol van de sleutelfunctiehouder risicobeheer in de totstandkoming van de ERB beperkt is geweest. Aandachtspunt is dan het daadwerkelijk inzichtelijk maken van deze rol.
05
Als vijfde verbeterpunt benoemt DNB het beoordelen van zowel bruto als netto risico’s in plaats van uitsluitend een focus op de netto risico’s (dus alleen na toepassing van beheersmaatregelen). Wij kunnen ons hier volledig in vinden. Het lijkt zelfs een open deur. Inzicht in de beheersmaatregelen, in het effect hiervan op de risico’s en in de effectiviteit van deze beheersmaatregelen is een noodzakelijke voorwaarde voor een volledig beeld van de risico’s.
06
Het verbeteren van het inhoudelijk oordeel over de doelmatigheid van het risicobeheer is het zesde verbeterpunt. Wij zien deze beoordeling van de doelmatigheid van het risicobeheer juist als een belangrijke meerwaarde van een ERB. Bij de pensioenfondsen waarbij wij geassisteerd hebben bij de totstandkoming van de ERB is expliciet aandacht besteed aan deze beoordeling, bijvoorbeeld in de vorm van een online-enquête onder de bestuursleden die opgevolgd werd door een gezamenlijke discussie in het bestuur om te komen tot concrete vervolgstappen en acties ter verbetering van de doelmatigheid.
07
Tenslotte heeft DNB als zevende verbeterpunt een drietal inhoudelijke thema’s benoemd.
De terugkoppeling geeft de sector inzichten in mogelijke verbeteringen voor een volgende ERB. Wij zien het ook als bevestiging van de aanpak die we vanuit WTW hebben gekozen om onze klanten te helpen bij het uitvoeren van de ERB.
Voor meer informatie kunt u contact opnemen met Marnix Ceelaert of Floris van Rijn.