Ga naar de hoofdinhoud
main content, press tab to continue
Artikel

Wetsvoorstel Wet toekomst pensioenen

Door Wichert Hoekert | April 5, 2022

Het wetsvoorstel Wet toekomst pensioenen ligt in veel opzichten in het verlengde van de stukken die einde 2020 ter consultatie werden aangeboden. Toch zijn er de nodige aanpassingen, wij gaan hieronder in op de belangrijkste.
Retirement
Pensioenakkoord

Conform de planning die de afgelopen maanden werd gehanteerd heeft Minister Schouten gisteren het langverwachte wetsvoorstel voor de Wet toekomst pensioenen aan de Tweede Kamer gezonden. Het wetsvoorstel ligt in veel opzichten in het verlengde van de stukken die einde 2020 ter consultatie werden aangeboden. Toch zijn er naast veel verduidelijkingen ook de nodige aanpassingen. Wij gaan hieronder in op de belangrijkste daarvan.

Bij veel punten geldt dat lagere regelgeving nadere concretisering moet gaan opleveren. Die lagere regelgeving is ook ter consultatie aangeboden.

De contractsvormen

Een opvallend verschil tussen de solidaire en de flexibele premieregeling was gelegen in de collectieve vormgeving van de uitkeringsfase, die in de flexibele regeling wel mogelijk zou zijn en in de solidaire niet. Daardoor kunnen in de flexibele regeling de uitkeringsaanpassingen voor alle leeftijden aan elkaar gelijk gesteld worden, terwijl in het solidaire contract leeftijdsafhankelijke uitkeringsaanpassingen zouden gelden. De Memorie van Toelichting gaat in op een omweg om gelijke aanpassingen ook mogelijk te maken in de solidaire regeling. Ons lijkt het erkennen en toestaan van die omweg een goede (extra) reden om ook collectieve vormgeving van de uitkeringsfase rechtstreeks toe te staan. DNB is overigens in de toezichtstoets nogal kritisch op de voorgestelde methodiek.

In het solidaire contract kan de solidariteitsreserve ook worden gebruikt voor het delen van inflatierisico.

In het solidaire contract kan de solidariteitsreserve ook worden gebruikt voor het delen van inflatierisico. In de eerdere versie was daar nog geen sprake van. Een andere methodiek voor bescherming tegen inflatierisico bestaat in het solidaire contract door inflatiegerelateerde producten op te nemen in een afscheiden beschermingsportefeuille. De solidariteitsreserve is niet bedoeld voor reparatie van kostenresultaten, mutaties met terugwerkende kracht en onvoorziene technische resultaten kunnen niet via de solidariteitsreserve worden verwerkt. Voor deze posten moeten volgens de Memorie van Toelichtingen voorzieningen worden aangehouden.

Risicodekkingen

In onze consultatiereactie van december 2020 gingen wij onder meer in op het omslagelement in de premie voor risicodekkingen, die geïntroduceerd zou worden als daarvoor een leeftijdsonafhankelijke premie zou gaan gelden. Het wetsvoorstel is op dat punt aangepast: voor risicodekkingen (zowel voor arbeidsongeschiktheid als voor overlijdensrisico) mogen leeftijdsafhankelijke premies blijven gelden, behalve in geval van verplichtgestelde regelingen.

De invaarexercitie

Onveranderd blijft dat fondsen kunnen kiezen uit ofwel de standaardmethodiek, ofwel de VB ALM methodiek voor het invaren, mits daartoe een verzoek wordt ingediend door sociale partners. Binnen de standaardmethodiek wordt nu ruimte geboden om af te wijken van onverkorte toepassing ervan. Dat is echter alleen het geval bij dekkingsgraden onder de 105% op het invaarmoment. In die gevallen mag een beperkt percentage (tot maximaal 5%) afwijkend worden gealloceerd, mits daar verantwoording voor is. Wij zien overigens ook, of wellicht juist, aanleiding om bij hogere dekkingsgraden afwijkingen toe te staan. De werking van de toeslagdrempel komt dan maar beperkt tot uiting, zodat jongere deelnemers bij toepassing van de standaardmethodiek aanzienlijk minder vermogen toebedeeld krijgen.

Voor gesloten fondsen ontstaat alsnog de mogelijkheid tot invaren, mits de werkgever daartoe een verzoek toe doet. De werkgever moet dus nog bestaan. Invaren betreft per definitie alle rechten en aanspraken binnen een fonds, ook wanneer er verschillende werkgevers bij dat fonds betrokken zijn.

Voor gesloten fondsen ontstaat alsnog de mogelijkheid tot invaren, mits de werkgever daartoe een verzoek toe doet.

Een van de onderscheidende kenmerken van de flexibele premieregeling is de keuzemogelijkheid tussen een vaste en een variabele uitkering bij pensionering. Deze keuzemogelijkheid gaat ook gelden op het moment van invaren naar een flexibele premieregeling. Gepensioneerden moeten, bij invaren naar de flexibele premieregeling, binnen een jaar nadien een keuzemogelijkheid aangeboden krijgen voor een vaste uitkering. In de regel zal dat buiten het fonds zijn. Daarmee ontstaat in deze gevallen effectief een pensioner carve out. Dat hoewel het ministerie elders aangeeft de mogelijkheid van een pensioner carve out, waarvoor (onder meer) wij aandacht hadden gevraagd, niet in het belang van ‘bijvoorbeeld gepensioneerden’ te achten.

Met betrekking tot de aan hen aan te leveren informatie verzoekt DNB in de toezichtstoets het ministerie om wettelijke bevoegdheid om daaraan nadere regels te kunnen stellen.

Het transitie-FTK

Met betrekking tot het transitie-FTK is de eerdere term ‘richtdekkingsgraad’ gewijzigd in ‘invaardekkingsgraad’. Fondsen moeten, als zij het transitie-FTK toepassen, koersen op die invaardekkingsgraad. De kortingsregels worden aangescherpt op het moment dat er sprake is van een implementatieplan. Is er vanaf dat moment sprake van een overbruggingsplan waarin onvoldoende herstelkracht tot de invaardekkingsgraad kan worden aangetoond, dan moet het fondsen direct in het jaar van indiening van het overbruggingsplan een kortingsmaatregel doorvoeren. Het eerste overbruggingsplan dient uiterlijk 1 september 2023 te worden ingediend. Wel moet voor 1 april 2023 kenbaar worden gemaakt of gebruik wordt gemaakt van het transitie-FTK.

Overigens is de AMvB die de toeslagregels die in het transitie-FTK gaan gelden vervroegd van kracht laat worden, nadat daar eerder een consultatie over plaatsvond, inmiddels ook als ontwerpbesluit gepubliceerd. Onze belangrijkste bevinding bij de consultatieversie daarvan, namelijk dat de te hanteren indexatiemaatstaven en referentieperiodes niet passend waren, is daarin in aanmerking genomen.

Nabestaandenpensioen

De uitwerking van de nieuwe vormgeving van het nabestaandenpensioen was in de consultatietekst nog grotendeels oningevuld. Nu wordt voorgesteld dat bestaande aanspraken worden gerechtvaardigd. Bij einde dienstverband wordt de risicodekking automatisch voor drie maanden voortgezet, tenzij de uitgetreden deelnemer in die periode toetreedt tot een andere pensioenregeling. Na verstrijken van die drie maanden wordt de risicodekking voortgezet zolang sprake is van een ww-uitkering. Als de automatische risicodekking is geëindigd, dan wordt de deelnemer geacht jaarlijks aan te geven of hij of zij de risicodekking wil voortzetten door middel van onttrekking van een risicopremie aan het opgebouwde kapitaal.

Risicopreferenties en risicohouding

Onderzoek naar risicopreferenties wordt een belangrijke sleutel om te komen tot optimalisatie van een beleggingsbeleid dat past bij de deelnemers. Dat verloopt via de risicohouding, die een weerslag op collectiviteitsniveau moet zijn van die risicopreferenties. In het wetsvoorstel lijkt de rol van sociale partners in de formulering van de risicohouding verder te zijn beperkt. Dat lijkt ons afdoen aan het gesprek tussen sociale partners en fondsbestuur dat aan de opdrachtaanvaarding vooraf moet gaan. Het is wat ons betreft een wederzijds belang dat die risicohouding, waarvoor de risicopreferenties van deelnemers ontegenzeggelijk een belangrijke bouwsteen zijn, in gezamenlijkheid tot stand komt.

Externe geschilleninstantie

Mede naar aanleiding van bevindingen van de AFM, maar vooral ook omdat de verwachting is dat er vanwege de transitie vaker sprake zal zijn van geschillen, komt er een tijdelijke geschilleninstantie voor de periode tot 1 januari 2028. Daarnaast zullen fondsen ook bij wet een interne geschillen- en klachtenprocedure moeten formuleren.

Voor meer informatie kunt u contact opnemen met Wichert Hoekert.

Auteur


Member of the Retirement leadership team

LinkedIn|Twitter


Related content tags, list of links Artikel Pensioen Pensioenakkoord
Contact us