In een op 18 april gepubliceerde Q&A gaat DNB in op de voorwaarden waaronder fondsen een operationele reserve kunnen vormen bij het invaren naar het nieuwe stelsel. Die operationele reserve wordt gevormd uit fondsvermogen voordat de invaarmethodieken worden toegepast. Voor de standaardregel wordt dat in de toelichting bij artikel 21 van de Regeling Pensioenwet beschreven. Onderscheid tussen minimaal vereist eigen vermogen en operationele reserve hoeft alleen op het transitiemoment te worden gemaakt. Dat laatste kon eerder ook al worden opgemaakt uit de voorgestelde aanpassingen in de richtlijn 610. Alleen door middel van het vormen van een operationele reserve kan het fonds op het invaarmoment een ruimer eigen vermogen vormen dan minimaal vereist.
DNB benadrukt dat de operationele reserve dient te worden onderscheiden van de kostenvoorziening.
Bij de vorming van de operationele reserve moet het fonds de doelen ervoor benoemen, en de verwachte omvang per doelstelling kwantificeren. Als mogelijke transitiegerelateerde doelen worden genoemd: het verwerken van mutaties met terugwerkende kracht, de situatie van ‘geen premie, wel recht’ en kosten van juridische procedures. In het implementatieplan moet het fonds ingaan op de relevante risico’s en de verwachte kosten als het risico zich voordoet, rekening houdend met de getroffen beheersingsmaatregelen.
Het fonds moet ook aangeven wat er met de reserve gebeurt als een transitierisico zich niet manifesteert en de reserve niet voor het doel waarvoor deze is gevormd hoeft te worden aangewend. DNB benoemt daarbij de mogelijkheid dat het betreffende deel van de reserve in dat geval ten gunste komt aan de kapitalen van individuele deelnemers.
Gezien de fiscale structuur van de nieuwe premieovereenkomsten lijkt ons dat die mogelijkheid alleen bestaat voor zover de betreffende operationele reserve is gevormd uit fondsvermogen op het invaarmoment. Als die lezing juist is betekent dat tevens dat eigen vermogen dat nadien uit premie wordt gevormd dient te worden onderscheiden van deze initieel gevormde reserve.
Voor meer informatie kunt u contact opnemen met Wichert Hoekert.